Het is geen geheim dat mannen het gros uitmaken van de schaakpopulatie. En dus dat het belangrijk is meer meisjes te interesseren voor ons spel. Lukt dat?
In de eerste ronde van het NK vrouwen troffen Fleur Westerhof (15) en Jessica Derksen-Harmsen (58) elkaar. Twee heel verschillende generaties. Jessica won de mini-tweekamp met 1,5-0,5. Ondanks hun leeftijdsverschil zijn er dingen die ze allebei hetzelfde ervaren.
Fleur vindt het jammer dat ze altijd met alleen maar jongens aan het schaken is. Jessica, in het gewone leven fulltime werkzaam als software engineer, heeft in haar werk óók enkel mannen om zich heen. ‘Al doen ze wel enorm hun best om me in de watten te leggen,’ zegt ze met een knipoog.
Beiden schaken graag. Jessica had er in het verleden veel succes mee. In 1985, 1987 en 1988 werd ze nationaal dameskampioene. ‘Daarna kwam de studie, het eerste kind, toen het tweede… nou ja, de voor de hand liggende zaken, waardoor mijn ontwikkeling stokte.’ Juist de laatste jaren heeft ze weer enorm veel lol gekregen in het spelletje, en een belangrijke reden daarvoor is dat schaken tegenwoordig altijd en overal kan, dankzij het internet en streamers zoals Levi Rozman (Gotham Chess). ‘Ik kijk elke avond naar Levi, ik kan er echt van genieten.’
Fleur heeft dáár haar bedenkingen bij. ‘Mwah, ik vind hem teveel een schreeuwerd.’
Het neemt niet weg dat de mogelijkheden om te kunnen schaken veel talrijker zijn dan vroeger. En Fleur en Jessica zouden het allebei fijn vinden als meer meiden en vrouwen gingen schaken, want dat maakt het allemaal gewoon nog veel gezelliger.
Waar ze wel tegenaan lopen, als het gaat om competitieve evenementen, is geld. Het is wenselijk dat meer sponsors gevonden worden, want vaak kan deelname aan een belangrijk toernooi niet doorgaan omdat het simpelweg niet te betalen is, zeker bij officiële toernooien in het (verre) buitenland. Reis- en / of verblijfskosten liggen niet zelden bij de deelnemers zelf.
Behalve geld is ook hulp van vrijwilligers onontbeerlijk om de schaaksport in Nederland te verbreden, weet toernooidirecteur Ad Bruijns, die tevens voorzitter is van de Brabantse schaakbond. ‘We doen heel veel. De jeugd is wel te bereiken via de scholen, en als we iets organiseren, dan komen de jongeren er ook echt wel op af, als bijen op honing. Maar om wat op te zetten heb je helpende handjes nodig. We hebben meer vrijwilligers nodig die er de schouders onder zetten.’
Door Ron Puyn